Algemeen
De zorg voor Messor cephalotes is niet voor de beginner. Als deze kolonie met rust gelaten wordt, zou het geen probleem moeten zijn om deze kolonie groot te brengen. Het is heel belangrijk dat je deze kolonie niet belast met trillingen. Messor cephalotes zijn van alle Messor-soorten het meest gevoelig voor stress. De koningin is erg stressgevoelig en daarom is het aan te raden deze soort op een trillingsvrije plek te zetten en ze slechts één keer per week (of minder) te storen.
Een tip voor het bewaren van Messor is om ze in het licht te bewaren, zodat je geen deksel hoeft te verwijderen om ernaar te kijken.
Voedsel
Messorcephalotes zijn een van de gemakkelijkste mieren om te voeden. Ze eten vooral zaden en soms suikers die afkomstig zijn uit fruit, suikerwater of mierengelei. Voor eiwitten zijn fruitvliegjes, meelwormen, krekels en andere kleinere insecten het beste voedsel. Eiwit wordt meestal geaccepteerd zodra de kolonie groter wordt.
Als je insecten uit het wild voert, vries of kook je deze insecten om ze te steriliseren. Als u deze stap overslaat, kunnen mijten in uw kolonie terechtkomen.
Vochtigheid
Messor cephalotes heeft een vochtig nest nodig. Als je het nest regelmatig hydrateert (een of twee keer per week), zou het geen probleem moeten zijn om de luchtvochtigheid voor deze mieren op peil te houden. Zorg er altijd voor dat de mieren in een nest een externe waterbron in de reageerbuis hebben.
Temperatuur
Messor cephalotes doet het het beste bij 27c. Je kunt ze ook tussen de 22 en 26 graden Celsius houden, maar dat vertraagt de groei van de kolonies.
Winterslaap
Messor cephalotes overwintert niet.
Steek/bijt
Als de majors je bijten, zal het pijn doen!